(door Auke Wilming)
Op vrijdagavond 15 maart reisde het 1 e RSB-team af naar Rotterdam voor de wedstrijd tegen RSR Ivoren Toren. Nadat het eerste succes binnen was gehaald in de vorm van een parkeerplek betraden wij de knusse speelzaal. Na de nederlaag tegen Overschie was het kampioenschap eigenlijk al uit zicht, en een nederlaag vanavond zou ons definitief veroordelen tot de middenmoot, of erger.
De meeste spelers waren zo lief om een verhaaltje op te sturen; hieronder staan ze op bordvolgorde:
- Henk-Jan:
Met wit kwam ik al snel op onbekend terrein. Hierbij moest ik de keuze maken voor een veilige keuze, waarbij de stelling snel zou vervlakken, of een wat strategische ongelukkige zet e4, waarbij de stelling wel interessant was. Uiteraard koos ik voor de laatste optie. Ik kwam wat minder te staan, maar mijn tegenstander kon hier niet echt van profiteren. Uiteindelijk kon ik mijn stukken toch wat verbeteren, waardoor ik weer aan winst kon gaan denken. Mijn tegenstander trok tijdig aan de noodrem, waardoor een gelijk eindspel ontstond waarbij beiden geen fouten meer maakten. - Jan:
Studie heeft zin! Met zwart op bord 2 speelde ik tegen Paul Batenburg. Paul offerde in een moderne Franse variant een pion voor compensatie en mogelijkheden voor koningsaanval. Één keer eerder heb ik dit systeem tegen me gehad en toen werd ik er genadeloos afgezet. Door studie na deze bewuste partij kon ik nu een betere voortzetting doen. Lange tijd van de partij tegen Paul heb ik onder druk gestaan maar uiteindelijk heeft wit de pion niet meer teruggezien. Een koningswandel van f8 naar b8 was nodig om het voordeel te verzilveren. - Erik:
Op weg naar huis vertelde Erik mij over zijn partij, dit denk ik er nog van te weten: In de opening werd Erik ietwat verrast door zijn tegenstander en op een gegeven moment zag hij zich gedwongen een kwaliteit te offeren. Hierna vocht hij nog lang in het eindspel, maar het mocht uiteindelijk niet baten: 0-1. - Bernard:
Op het vierde bord mocht ik het met de zwarte stukken opnemen tegen Mark Beijen. In een opening waar wit direct het centrum met zijn pionnen bezet, was het mijn taak om dat aan te gaan tasten met stukken die wat actiever zouden moeten worden. Dit pakte ik echter verkeerd aan waardoor mijn potentiële actieve stukken eerder prooien werden voor de witte stelling, waar de stukken wel op een logische manier samenwerkten. Door een pion en een kwaliteit te offeren (wat ook redelijk noodgedwongen was) dacht ik wat tegenspel te kunnen creëren. Dat lukte aardig en ik kreeg lichte hoop omdat Mark op dat moment heel weinig tijd over had. Echter had ik bij lange na niet genoeg compensatie en dat liet Mark met 15 seconden per zet in mijn beleving akelig nauwkeurig zien. Toen er uiteindelijk wat stukken werden geruild was alle hoop verdwenen en was het een paar zetten later ook daadwerkelijk mat. - Sjoerd:
De eerste twee zetten van mijn tegenstander waren d7-d6 en d6-d5. Zoiets kan niet goed zijn, zou je denken, maar toch kwam ik moeizaam uit de opening. Met licht nadeel kreeg ik een remiseaanbod van mijn tegenstander. Een blik op de andere borden liet zien dat we een moeilijke avond speelden en ik besloot daarom om door te spelen. Na een onnauwkeurigheid van mijn tegenstander won ik een kwaliteit voor een pion en kon ik nog voor de winst proberen te spelen. Maar meer dan remise zat er niet in. - Auke
Ikzelf speelde met zwart een matige partij tegen Tjerk Tinga. Al uit de Engelse opening stond ik ietsje beter, maar dat voordeel kon ik niet behouden. Na een pionoffer hoopte ik een koningsaanval in te kunnen zetten, en die zag er inderdaad veelbelovend uit. Objectief was de stelling -0,.4, dus zoveel was er niet aan het handje. Mijn dameoffer kwam dan ook iets te vroeg, en een zet later kon ik opgeven. - Scott
In Scotts partij werden er al snel veel stukken afgeruild, en ik had het idee dat hij ondanks het loperpaar ietsje slechter stond in het eindspel, door dubbele pionnen. Dit wist hij toch netjes remise te houden. - Jeroen
Jeroen gaf mij zijn notatiepapiertje mee, en na de partij te bekijken kan ik beamen wat hij er al over zei: ‘Nee, dit was niks.’
Een zwaar teleurstellende avond dus, met als enige lichtpuntje de overwinning van Jan. Na afloop was er berusting onder de spelers, het was simpelweg niet onze avond. De terugreis met Erik en Bernard was niet eens onaangenaam, hoewel wij allen een nul hadden genoteerd.
Op 8 april spelen wij weer, dan thuis tegen koploper Krimpen a/d IJssel.